Programmalijn Innovatie
Dutch Societal Innovation Hub
Dutch Societal Innovation Hub (DSIH) luidt de naam van een initiatief van onder meer het IPO (provincies) en de VNG (gemeenten) voor de professionalisering van de kennisuitwisseling en -ontwikkeling ten behoeve van de twin transitions. BZK ondersteunt de samenwerking tussen de verschillende overheidslagen.
Beeld Phil Nijhuis
De DSIH speelt in op de strategie van de Europese Commissie om de digitale en de groene transities met elkaar te verbinden: de twin transitions. De transities kunnen elkaar immers versterken, aansluitend op de Europese missies voor 2030: Adaptation to Climate Change, Climate-Neutral and Smart Cities by 2030, en A Soil Deal for Europe. Het DSIH-consortium sluit daar met zijn ambities mooi bij aan, en kreeg daarom geld uit het beschikbare miljardenfonds. Brussel en BZK betalen elk ruim 2 miljoen van het 5,5 miljoen euro tellende budget. De DSIH is in januari 2023 van start gegaan, met als uitgangspunt ‘missiegedreven innovatie’: samenwerking voor toegang tot digitale innovaties voor de maatschappelijke opgaven van provincies en gemeenten. De provincies doen mee vanuit de Interprovinciale Digitale Agenda (IDA), geleid door Marten Tilstra.
Missiegedreven
Vanuit de VNG is Irene van Hooff programmaleider voor DSIH. “Dit past binnen onze Europese digitaliseringsstrategie waarmee gemeenten warm draaien voor nieuwe wetgeving en financiering vanuit de EU.” Van Hooff spreekt van een meerjarig programma gericht op het halen en brengen van kennis. “Naast betrokken gemeenten en provincies doen we dit ook met andere Europese innovatiehubs (European Digital Innovation Hubs) om elkaars behoeften en projecten te leren kennen. We ontdekken zo waar we onszelf nog moeten organiseren en ontwikkelen. Hoe werken we tot nu toe aan de missies? Dat is een pittige opdracht gezien onze traditionele gescheiden silo’s. De systeemverandering zit erin om zowel met Europese partners als met provincies en gemeenten te leren om missiegedreven samen te werken.”
Nauw samenspel
Provincies zijn vanuit hun wettelijke taak intensief met de fysieke leefomgeving bezig. Tilstra: “Prioriteit in de komende jaren hebben de grote transities die daar plaatsvinden: woningbouw, stikstof en energietransitie. Deze ontwikkelingen beïnvloeden elkaar sterk en het bewerkstellingen van die samenhang in beleid en projecten is een uitdagende opgave.”
Het Rijk heeft met de provincies afgesproken dat zij in juli een eerste versie van hun integrale gebiedsplannen presenteren voor het bijeenbrengen van deze grote opgaven. Tilstra: “Dit gaat niet meer met een traditionele werkwijze; we moeten digitaal innoveren om er verder mee te komen. Dat sluit heel goed aan op de Europese intenties. De DSIH biedt de kans om de digitale innovaties te vinden die provincies hierbij kunnen helpen.”
Prioriteit in de komende jaren hebben de grote transities die daar plaatsvinden: woningbouw, stikstof en energietransitie
Echter, benadrukt Van Hooff, dit behelst meer dan het even opzetten van een serie digitaliseringsprojecten: “Het is een nauw samenspel met wetgeving die op ons afkomt en democratisch verantwoording afleggen. Uitgangspunt is het Digital Decade Compass dat de samenhang van elementen voor de opgave tot 2030 schetst voor wat betreft technologie, wetgeving en publieke waarden binnen onze democratie. Er komt zo’n bak werk op provincies en gemeenten af dat we dat geheel eerst heel goed in kaart moeten brengen, zodat we effectief afspraken kunnen maken en geen werk dubbel doen.”
Snuffelfiets
Toch al een concreet voorbeeld? Tilstra: “Neem het inzetten van sensoren voor de meting van luchtkwaliteit. In Utrecht is de Snuffelfiets bedacht, waarmee burgers met een meetkastje op hun fiets door de stad fietsen. Dat leidt tot heel precieze inzichten en de provincie kan dat gebruiken voor ontwikkeling van beleid. De techniek die hiervoor is ingezet is door de provincie Noord-Holland weer toegepast in een andere context; de inzet van citizen science voor luchtkwaliteitsmetingen. Onze doelstelling is dat de DSIH er aan bijdraagt dat digitale innovaties via het netwerk gemakkelijker hun weg kunnen vinden naar andere organisaties. Niet alleen binnen Nederland, maar binnen heel Europa.”
Marten Tilstra en Irene van Hooff.