‘Interbestuurlijk samenwerken vergt een andere cultuur’

Data delen over bestuurslagen heen is een van de prioriteiten in de NDS. Tegelijkertijd is gegevensdeling een van de meest weerbarstige dossiers in het digitaliseringsbeleid. Data bij de bron houden is om allerlei redenen nog ver weg. ‘We moeten vooral niet blijven hangen in wat niet kan.’


Door Pieter van den Brand

Beeld Robert Tjalondo

Gegevensdeling tussen overheidsorganisaties, of beter gezegd het niet kunnen delen van data, geldt al jaren als een weerbarstig dossier met juridische, ethische, technische en organisatorische angels en voetklemmen. Ook de datasilo’s binnen en buiten organisaties staan gegevensuitwisseling in weg. Menig bestuurder krijgt bij termen als ‘cloud’ en ‘data’ een glazige blik in de ogen. De pogingen om de knelpunten te slechten, zijn tot nu toe weinig succesvol, maar daarin wil de NDS het verschil gaan maken.


Zo zet de beleidsstrategie in op de aansluiting van overheidsorganisaties op het al redelijk ver ontwikkelde Federatief Datastelsel (FDS). Het bijkomend doel is gegevens beter vindbaar, bruikbaar en uitwisselbaar te maken. De NDS koestert daarmee dezelfde ambities als de Interbestuurlijke Datastrategie (IBDS), het al langer lopende traject om gegevensdeling overheidsbreed structureel te organiseren en verantwoord data te delen.


‘Bij velen bij de overheid is de wens voelbaar om door een brede gegevensdeling stappen te zetten naar betere resultaten en betere dienstverlening. Dat verklaart waarom data delen een van de speerpunten in de NDS is’, zegt Kees Verhoeven. Het voormalig D66-Kamerlid en woordvoerder digitale zaken is moderator bij een breakoutsessie over het thema tijdens de iBestuur-conferentie.


Als zelfstandig adviseur is Verhoeven betrokken bij de IBDS. Interbestuurlijk samenwerken op gegevensdeling vergt een andere cultuur bij organisaties, stelt Verhoeven. ‘We moeten elkaar beter weten te vinden, knelpunten nadrukkelijk benoemen en aangeven waar datadeling lastig is. We moeten vooral niet blijven hangen in wat niet kan. Dat is een harde voorwaarde om verder te komen.’


Verhoeven bespeurt een technisch-bestuurlijke kloof. ‘Er is technisch veel mogelijk om data te delen, al blijft het complex, maar bestuurders aarzelen. Dat is inherent aan de politieke besluitvormingscultuur, bij een datalek of misbruik gaat je kop eraf. Er is veel meer lef nodig.’

Kees Verhoeven: ‘Bestuurders aarzelen, bij een datalek of misbruik gaat je kop eraf. Er is veel meer lef nodig.’

Cultuurverandering is een taai proces, maar we moeten volhouden’

Het gaat niet snel genoeg

De wetgeving om data delen mogelijk te maken neemt toe, constateert bestuursvoorzitter Rodrique Engering van de Kamer van Koophandel, en vicevoorzitter van het Netwerk Publieke Dienstverleners (NPD). Sinds kort mogen notarissen in het Handelsregister, de basisadministratie die de KvK beheert, zoeken op natuurlijke personen. Maar het gaat niet snel genoeg, weet hij.


Oktober vorig jaar is Engering voor de toen gestarte Centrale Commissie Gegevensgebruik (CCG) gevraagd. Doel van deze commissie is oplossingsrichtingen aan te reiken en knelpunten politiek te agenderen. ‘In de CCG lopen we tegen veel ellende aan, die het moeilijk maakt om data te delen. Partijen zeggen dat ze data niet mogen delen, omdat een wettelijke grondslag ontbreekt. Laten we het daarom maar niet doen.’ De cultuur veranderen bij organisaties is inderdaad een van de opgaven, beaamt hij. ‘Het is een taai proces, maar we moeten volhouden.’


Vooral beren op de weg

CIO en directeur informatiestromen en digitale ontwikkeling Inge Groeneveld van de Dienst Toeslagen constateert dat er rond datadeling een pendule slingert tussen de preciezen, die met privacywet AVG vooral de beren op de weg zien, wat tot handelingsverlegenheid leidt, versus de rekkelijken die te snel tot datadeling over willen gaan. Tegen dat laatste valt wel wat tegenin te brengen, vindt Groeneveld. ‘Het gaat wel om gegevens van mensen, die er helemaal niet om hebben gevraagd om hun data te delen. Dan kun je dat beter niet doen. We willen allemaal verder komen, maar er zijn nog grote dilemma’s.’


Ruben Dood, chief data officer bij het CBS, herkent dit beeld. Bij ’s lands cijfermakers speelt Dood een centrale rol bij het waarborgen van verantwoord datagebruik. Het CBS heeft een bronkopie van alle basisadministraties en voert zelf zo’n 200 sectorregistraties. ‘De discussie is complex. In het openbaar bestuur moet je continu rechtvaardigen waarom je bepaalde data wil gebruiken. Is dat nou echt nodig en waarom heb je zoveel data nodig? Dan is inderdaad de privacy van mensen in het geding. Maar als de hulpverlening tekortschiet, omdat instanties langs elkaar heen werken, staan er grote koppen in de krant. Hoe kan het dat de overheid deze burger niet wilde helpen? Het lijkt alsof je het nooit goed kan doen.’

Inge Groeneveld, met links van haar Ruben Dood: ‘‘We willen allemaal verder komen, maar er zijn nog grote dilemma’s.’

‘De discussie is complex. In het openbaar bestuur moet je continu rechtvaardigen waarom je bepaalde data wil gebruiken’

Data bij de bron houden

Een mogelijkheid voor het efficiënt delen van gegevens is het hanteren van data bij de bron – de opzet van het Federatief Datastelsel – tegenover het nu gangbare beschikbaar stellen van een bronkopie en offline gebruik door andere partijen. ‘Data bij de bron levert veel op’, zegt Engering. ‘Minder kans op fouten en een betere datakwaliteit. Het zorgt er bovendien voor, dat je de beveiliging beter kunt regelen.’ Maar via één bron data delen is nog ver weg, weet hij. ‘Naast juridische en semantische problemen is ook de technologie nog niet zover, omdat veel organisaties hun API’s nog klaar niet hebben. Dat geeft volop redenen voor organisaties om te zeggen dat ze niet willen stoppen met de bronkopie.’


‘Ook ik ga dat zeggen’, reageert Dood van het CBS. ‘Wij willen specifieke gedetailleerde informatie hebben en vaak uit uiteenlopende bronregistraties. Deze uiterst complexe vragen stellen we om de haverklap. Ik vraag me af of organisaties daar de computerpower voor hebben. Om onze berekeningen te doen, hebben we zelf al een enorme rekenkracht nodig en moeten we in een aantal gevallen naar de supercomputer van SURF uitwijken.’


Bronkopie is beschamend

De Dienst Toeslagen heeft dezelfde informatiewensen, geeft Groeneveld aan. ‘Organisaties moeten er klaar voor zijn om deze complexe dataverzoeken te kunnen beantwoorden.’ Evident nadeel van de bronkopie, stelt ze, is dat er letterlijk een kopie gebruikt wordt. ‘Eigenlijk is dat beschamend, want je verwerkt bergen aan data. Dat zit de proportionaliteit van je dataverwerking in de weg en legt extra druk op systemen met achterstallig onderhoud. Maar al kan data bij de bron niet overal en er zijn er nog veel technische uitdagingen, toch moeten we dit doen waar het kan, anders kost de opslag van gegevens heel veel geld. We kunnen dus ontzettend veel besparen. Dat is ook in het belang van de burger.’

Kees Verhoeven, Rodrique Engering, Ruben Dood en Inge Groeneveld tijdens de breakoutsessie over data delen.

Voorbeschouwing iBestuur Congres