
Digitalisering draait niet om vergezichten maar om alledaagse voorzieningen met een gemeenschappelijk belang. Leg de focus op wat er op korte termijn nodig is en hoe technologie daar een rol in kan hebben, stelt Eva Heijblom. De directeur-generaal Digitalisering en Overheidsorganisatie is ambtelijk verantwoordelijk voor de realisatie van de NDS.
Door Pieter van den Brand
Beeld Robert Tjalondo
‘Digitale zaken in Den Haag voelen als politieke zelfmoord’, zei GroenLinks-PvdA-kamerlid en woordvoerder Digitale Zaken Barbara Kathmann onlangs tegen NRC. De ministeriële verantwoordelijkheid ontbreekt, er is geen budget en het beleid is versnipperd. Een moedeloos beeld, beaamt Heijblom.
‘Op sommige vlakken herken ik dat wel. Maar berusting is wat mij betreft geen optie’, voegt ze meteen toe, ‘want te midden van de worstelende politiek, digitaliseert de samenleving in razend tempo. Burgers verwachten een overheid die digitaal betrouwbaar, veilig en menselijk is. Die grip heeft op Big Tech, AI, sociale media en cyberdreigingen, en vooral publieke waarden vooropstelt. En dat is waar we bij de overheid dagelijks aan bouwen.’
Heijblom wil dit toekomstbeeld nadrukkelijk niet inkleuren met de extremen die zoveel verhalen over nieuwe technologie domineren. ‘Bij alle technologische veranderingen hebben we vaak de neiging om waanzinnig grote vergezichten met elkaar te delen. Zaak is de komende tijd juist goed na te denken over wat we op korte termijn nodig hebben in onze ontwikkeling en op welke wijze we hierin van technologie gebruik kunnen maken. Grote veranderingen sluipen ons leven binnen via kleine dingen: een nieuwe regel op het belastingformulier of een AI-chat als digitaal loket. Kortom, via alledaagse voorzieningen die een gemeenschappelijk belang dienen.’
‘Grote veranderingen sluipen ons leven binnen via kleine dingen’

Bijschrift xxxxxxx.
Samen versnellen
De kern van de NDS, aldus Heijblom, is samenwerken, samenwerken en nog eens samenwerken. ‘Samenwerking is geen doel op zich, maar een middel om met elkaar tot prioriteiten en tot concrete resultaten te komen. Laten we samen versnellen, projecten opschalen en barrières slechten. Laat anderen weten welke gereedschappen werken en welke oplossing succesvol is toegepast bij een gemeente, provincie, waterschap of uitvoeringsorganisatie.
‘We hoeven zeker niet het wiel opnieuw uit te vinden’, zegt Heijblom. ‘Op heel veel plekken in het land gebeuren al hele mooie dingen, maar we weten het vaak niet van elkaar. Heel dikwijls zijn dit soort initiatieven prima op te schalen en geschikt te maken voor andere overheidsorganisaties. We moeten het echt samen doen.’
‘We moeten een deel van onze budgetten omkatten om de nieuwe ontwikkelingen mogelijk te maken’

Bijschrift xxxxxxx.
Het zijn politiek roerige tijden. Een van Heijbloms zorgen is dat de meeste huidige digitaliseringsspecialisten op een beduidend lagere positie op de kandidatenlijsten voor de verkiezingen in oktober zijn gezet, ‘terwijl digitalisering waanzinnig belangrijk is. De digitale samenleving gaat steeds sneller. Steeds meer primaire processen bij de overheid worden gedigitaliseerd. We zetten vol in op cyberbeveiliging en AI. We weten ook dat we een deel van onze budgetten om moeten katten om deze nieuwe ontwikkelingen mogelijk te maken. Ook zoeken we allianties met andere organisaties om samen een graantje mee te pikken.’
Wie weet, denkt ze hardop, brengen de verkiezingen straks een kabinet met een bewindspersoon die digitalisering en het overheidsbedrijf eindelijk samenbrengt. ‘Wij wachten in elk geval niet af. In de NDS zijn zes opgaven gedefinieerd. Binnen het uitvoeringsprogramma van de strategie zijn al aanjaagteams gevormd met medewerkers van verschillende overheidsorganisaties, wat hartstikke goed is. Op prioriteiten en interventies is een aanpak geformuleerd. De komende tijd gaan we van strategie naar actie. Geen politieke zelfmoord, maar publieke noodzaak, het is tijd voor versnelling en samenwerking.’
‘Binnen het uitvoeringsprogramma van de strategie zijn al aanjaagteams gevormd’